Volgens het wetsontwerp "werkbaar en wendbaar werk", zullen de werkgevers vanaf 1 januari 2017 moeten voorzien in gemiddeld vijf opleidingsdagen per werknemer met voltijds equivalent per jaar. Doet u dit niet, dan zal de sanctie zijn dat elke werknemer recht heeft op twee opleidingsdagen per jaar en per voltijds equivalent.
Wat houdt de nieuwe regeling in?
Het wetsontwerp werkbaar en wendbaar werk bepaalt als doelstelling een gemiddelde van vijf opleidingsdagen per werknemer met voltijds equivalent per jaar. Bepaalde werknemers zullen in de praktijk dan ook meer of minder dan vijf opleidingsdagen per jaar kunnen hebben. De doelstelling dient in totaliteit bekeken te worden.
Deze invoering kan plaatsvinden via de sector of op ondernemingsvlak (via een nog door een koninklijk besluit verder te bepalen opleidingsrekening). Gebeurt dit niet dan zal de sanctie zijn dat elke werknemer individueel recht heeft op twee opleidingsdagen per jaar per voltijds equivalent.
Deze regeling vervangt volledig de oude regeling waarbij 1,9% van de totale loonmassa aan opleiding besteed moest worden. Ook de bijhorende sanctie (bijdrage van 0,05%) verdwijnt.
Voor wie geldt de nieuwe regeling?
De regeling geldt voor ondernemingen met minimum 10 werknemers. Het aantal werknemers wordt berekend op basis van het gemiddeld aantal werknemers in voltijds equivalent tewerkgesteld gedurende de twee voorbije jaren. De telling gebeurt voor de eerste keer op 1 januari 2017.
Een afwijkend regime voor ondernemingen tussen 10 en 20 werknemers kan bepaald worden per koninklijk besluit.
Concretisering?
Verduidelijkingen inzake de individuele opleidingsrekening, de regels bij deeltijdse werknemers,… zullen per koninklijk besluit bepaald worden.
Auteur/organisatie : Group S